Stel: jouw school vangt een groep Oekraïense vluchtelingenkinderen op en jij geeft ze 1 dag per week les. De kinderen zijn stil, verlegen, praten weinig. Jij gaat op zoek naar manieren om ze aan de praat te krijgen. Zo kwam een leerkracht bij Pen & Pion met de vraag naar spellentips voor jongere kinderen en kinderen in de bovenbouwleeftijd.
Ik stelde een box voor hem samen met 10 spellen die taal uitlokken. Het zijn 10 spellen die aanleiding geven om te praten, bijvoorbeeld door kleuren, vormen, voorzetsels te benoemen of door foto’s te bespreken. Door te spelen, gaat de ‘zwaarte’ van het (goed) moeten spreken af, wat juist ruimte geeft om te gaan praten. Zoals die leerkracht later zei: Wat werkte dat goed! Er kwamen zinnen uit die ik vorige week niet voor elkaar kreeg.
1. Get Packing
Leeftijd: vanaf 6 jaar
Voor: 2 – 4 spelers (kan ook solo)
Tijd: vanaf 15 minuten
Terwijl je aan het puzzelen bent, biedt dit spel heel veel aanknopingspunten voor taal. De opdracht voor iedere speler is steeds hetzelfde: pak een aantal items in en zorg dat je je koffer kan sluiten. Wat pak je in? De groene slipper, de rode strandbal, de gele hoed.
Je benoemt dus de items en voegt direct een bijvoeglijk naamwoord toe. Verder zijn de opdrachten geordend op vakantiebestemming en kan je op de kaart verschillende landen aanwijzen.
Ik mocht dit spel uitproberen op een basisschool en zag hoe fanatiek de kinderen het speelden. Zelfs solo vonden ze het leuk! De uitgebreide review vind je hier.
2. Oertaal
Leeftijd: vanaf 7 jaar
Voor: 2 spelers of 2 teams
Tijd: vanaf 15 minuten
Nog maar kort in mijn bezit, maar al heel veel lol mee gehad. Oertaal kan je op drie niveaus spelen (makkelijk, stapje moeilijker en expert). Het idee is dat de ene speler de andere speler bouwinstructies geeft. Daarvoor leg je eerst kaartjes met tekeningen neer: op de steen / naast de steen etc. Daarna leg je daar kaartjes onder met kreten uit de oertaal: brrr / vroek!
De Nt2-variant hiervoor maak je zelf door de kaartjes met oertaal te vervangen door Nederlandse woorden: op /naast / groen / rood.
Voorwaarde om dit spel te kunnen spelen, is dat kinderen eenvoudige Nederlandse woorden kunnen lezen en uitspreken. Omdat het spel drie niveaus heeft, kun je het eenvoudig opbouwen en laten aansluiten bij het niveau van de leerlingen.
3. Drop it
Leeftijd: vanaf 8 jaar
Voor: 2 – 4 spelers (of teams)
Tijd: vanaf 15 minuten
Een spel uit de collectie van Pen & Pion waar ik erg enthousiast over ben! Het spelprincipe is namelijk heel eenvoudig, maar punten scoren vraagt denkwerk.
Ook hier weer een puzzelspel waarbij je allerlei zaken kunt benoemen: kleur, vorm, boven, beneden, vallen, rollen, etc. Iedere speler krijgt een eigen kleur speelstukken. Om de beurt mag iemand een speelstuk in de schacht gooien en krijgt daar punten voor.
Als de volgende speler daarna een vorm in de schacht gooit, kan alles weer verschuiven. Bovendien mag je nooit zelfde kleur op zelfde kleur en zelfde vorm op zelfde vorm. Genoeg reden om te praten!
Wil je meer over dit spel weten, lees dan hier de review.
4. Vlotte Geesten
Leeftijd: vanaf 6 jaar
Voor: 2-8 spelers (of een groep)
Tijd: vanaf 5 minuten
Staat de grijze muis op tafel? Of de rode stoel! Vlotte Geesten is het bekende denk- en graaispelletje waarbij je vliegensvlug het juiste speelstuk van tafel moet pakken.
Er is een eenvoudige variant van het spel waarbij je het voorwerp moet pakken dat op de kaart staat. Bij de moeilijkere variant moet je juist het voorwerp pakken dat niet op de kaart staat in de kleur die niet op de kaart staat. Wat?? Ja, stuk moeilijker dus!
Voor het magazine Leren met Spellen zorgde 999 Games een levensgrote Vlotte Geesten, zodat je het ook als bewegend leren in kunt zetten: ren naar het voorwerp dat niet op de kaart staat.
5. TOP-tot-TEEN beweegspel
Leeftijd: vanaf 8 jaar
Voor: 2 – 4 spelers (of teams)
Tijd: vanaf 15 minuten
Lekker bewegen: armen omhoog, neus aanraken. Het TOP-tot-TEEN beweegspel bevat verschillende spelvormen. Bijvoorbeeld de beweegreeks waarbij je begint met twee bewegingen en dan steeds een extra beweging toevoegt. Lukt het om de hele reeks uit te voeren? In een vast ritme?
Niet alleen ben je dan met (psycho)motorisch bewegen bezig, je benoemt ook allerlei onderdelen van het lichaam. Plus de werkwoorden die bij bewegen horen: springen, zwaaien, klappen.
In het magazine Leren met Spellen vertelt de uitgever je alles over dit spel én kan je twee gratis kaarten downloaden om uit te proberen.
6. Brainstorm
Leeftijd: vanaf 12 jaar
Voor: 2-10 spelers (of teams)
Tijd: vanaf 10 minuten
Brainstorm bevat 120 kaarten met afbeeldingen. Per ronde leg je 9 kaarten open op tafel. Wie kan als eerste twee kaarten combineren tot een nieuw woord?
Wil je het spel wat makkelijker maken, dan kan je je ook richten op alleen maar benoemen van de kaarten: wat zie je? En wellicht selecteer je vooraf een aantal kaarten, zodat je kaarten rond een bepaald thema hebt.
Brainstorm geeft je een bron aan illustraties die je op allerlei manieren handig in kan zetten voor taalleerders. In dit overzicht vind je trouwens nog meer leuke spellentips voor bij de (reguliere) taalles.
7. Li-la-lawaai
Leeftijd: vanaf 5 jaar
Voor: 2 – 6 spelers (of teams)
Tijd: vanaf 10 minuten
Hard praten, fluisteren, iets tussen hard en zacht in, bij dit spel ben je constant met je stem bezig. Met de luidheid van je stem geef je aan hoever het voorwerp bij de vos vandaan ligt.
En natuurlijk kan je ook hier weer de kaarten met illustraties gebruiken om een gesprek aan te gaan. Over lekkere ijsjes bijvoorbeeld of een blauwe paraplu. De uitgebreide review lees je hier.
8. De Seizoenen
Leeftijd: vanaf 3 jaar
Voor: 1 -4 spelers
Tijd: 20/30 minuten
Wat een prachtig vormgegeven spel is dit! De plaatjes lijken zo uit een voorleesboek te komen. Niet alleen kan je oefenen met de woorden voor jaargetijden, je kan ook gesprekken aangaan over warme kleding, over buitenspelen in de herfst etc.
In de spelregels vind je drie spelvarianten, waaronder een solomodus. Lees de hier de uitgebreide review.
9. Muisgeflipt
Leeftijd: vanaf 4 jaar
Voor: 2 – 6 spelers
Tijd: vanaf 15 minuten
In dit kaartspelletje koppel je muizen aan kledingstukken. Iedere speler krijgt een aantal kaarten met kledingstukken. Daarna draai je van de stapel in het midden van de tafel een muis om. Heeft die muis een kledingstuk aan dat jij in je hand hebt, dan leg je die kaart zo snel mogelijk op de muis. Degene die dat als eerste doet, heeft de muis gevangen en verdient een punt.
Je kan het spelletje wat moeilijker maken door kazen in het spel te brengen. Je draait dan een kaasfiche om naast de stapel muizen op tafel. Staat die kaas ook op het kaartje met de muis dat je omdraait, dan is die muis beschermt en mag je die niet vangen. Lees hier meer op de site van de uitgever of kijk een kort uitlegfilmpje.
10. Picture Party
Leeftijd: vanaf 14 jaar (maar jonger kan ook)
Voor: 3-10 spelers
Tijd: ongeveer 30 minuten
Pubers, prepubers en ook al kinderen vanaf groep 7 vinden het heerlijk om met elkaar uit te wisselen hoe ze wel of juist niet opvallen. In Picture Party krijg je een hoeveelheid foto’s die sowieso los ook al kunnen gebruikt voor gesprekken.
Per ronde draai je een foto om en zetten alle spelers in het geheim in bij wie ze die foto het beste vinden passen: wie is er modebewust? Wie is de grootste sloddervos? Wie houdt van lekker eten? Daarna draait iedereen de kaarten om en krijgt zowel degene op wie het meest gestemd is een punt als iedereen die op die persoon stemde.
Mijn ervaring is dat elke omgedraaide foto stof geeft tot er verder over praten. Van dit spel gaat iedereen vanzelf kletsen! Lees hier de review.