‘Ik heb altijd tijd over’
Deze uitspraak van Yoeri, leerkracht van groep 7 op de Hieronymusschool, triggerde me. Zeker omdat hij het in een adem noemde met het spellenuur dat hij standaard elke week in zijn programma heeft.
Dus op een middag in september reed ik naar Noord-Holland. Ik mocht in de klas kijken en sprak daarna Yoeri en zijn collega Jeroen (groep 6) over de kracht van spellen. Ook Jeroens collega Glenn zet spellen in, maar hij was die dag niet op school.
Op donderdagmiddag heeft groep 6 spellenuur. Als ik binnenkom zitten de kinderen al rond verschillende spellen. Ik hoor ze overleggen, discussiëren en volg de denkstappen die hardop worden genomen.
Jeroen heeft zeven tafels staan: op de grote tafel bij het raam staan Dobble en Get Packing. Twee groepjes van vier/vijf kinderen staan hier omheen. Daarnaast staan twee aparte tafels waarop een groepje van vier Mastermind speelt en een ander groepje van vier Blokkus 3D.
Een rij verderop staat een tafel waar twee keer het tweepersoonspel Quoridor wordt gespeeld. Helemaal rechts een tafel met drie solopuzzels van Smart Games.
Er gebeurt heel veel in dit uur en dat zie en hoor je. Bij Mastermind hoor ik de spelers overleggen om samen de goede kleurcode te bepalen. De kinderen redeneren hardop en vullen elkaar daarin aan. Dobble is wat speelser en gaat om het zo snel mogelijk herkennen van een figuur op je kaart. De kinderen gaan als een speer, maar zorgen er ook voor dat ze elkaar goed controleren.
Helemaal vooraan staat een tafel met TrioVision. Voor de kinderen is dit een nieuw spel en hier legt Jeroen het steeds aan een groepje uit. TrioVision vergt ruimtelijk inzicht en ook hier moet je weer logisch nadenken.
Om de 10 minuten rouleren de kinderen en vertelt Jeroen aan een nieuw groepje de spelregels van Triovision. Zo hebben alle kinderen aan het eind van de les het spel in ieder geval een keer gespeeld.
Modeling door hardop denken bij de speluitleg
Jeroen legt de spelregels uit en doet het spel voor, terwijl hij zijn eigen denkstappen hardop zegt. Bij de eerste keer spelen, zijn de kinderen duidelijk nog zoekende. Ze denken veel hardop mee en benoemen de verschillende opties. Met als effect dat ze elkaar corrigeren, alternatieven aanwijzen en de stappen verantwoorden waarmee ze een kaartje mogen verzetten.
Wat het leerresultaat is, zien we meteen na de wissel: een jongen kan niet bij een ander spel terecht en speelt daarom nog een keer bij Triovision. De eerste keer dat hij het speelde, was hij stil en vond het duidelijk moeilijk.
Nu er een nieuwe groep kinderen aan tafel is geschoven, is hij degene die het kent én het voortouw neemt bij de uitleg. Hij vertelt de spelregels en laat met voorbeelden zien wat een goede actie is. Hij is er hartstikke trots op. En meester Jeroen en ik (de onbekende buitenstaander voor de kids) ook!
Bewuste keuze voor abstracte spellen
Yoeri, Jeroen en Glenn kiezen bewust voor de inzet van abstracte spellen. Kinderen ontwikkelen inzicht door abstracte spellen. Door het modelen van hun denkstappen bij een spel, leren de leerkrachten de kinderen logisch nadenken over hun spel.
En dat zien ze terug in andere vakken. Ook daar gaan leerlingen beter logisch redeneren en krijgen ze meer inzicht in de stof.
‘Mijn groep heeft altijd een van de hoogste rekenscores van de school’
Yoeri is ervan overtuigd dat inzicht in abstracte spellen ook inzicht geeft in rekenen. Dat de rekenscores van zijn groep elk jaar een van de hoogste zijn van de school, lijkt een duidelijk bewijs.
Verleden jaar had Yoeri een paar zwakkere leerlingen. Ook tijdens het spellenuur bleven zij moeite houden met logisch nadenken en strategie. Dat groepje heeft daarom een tijdje vaste spelbegeleiding gehad. Dat hield in dat ze bij elk spel werden begeleid. Dat bij elk spel expliciet werd gemaakt welke stappen er werden genomen en wat de consequenties van die stappen waren. Modelen bij elk spel dus. Ook bij die groep zag Yoeri uiteindelijk verbetering in rekenresultaten.
Sociaal-emotioneel groeien kinderen enorm
Niet alleen krijgen kinderen meer inzicht, net zo belangrijk (of misschien nog belangrijker) is dat ze sociaal-emotioneel groeien van het spelen van spellen.
‘Je kan een paar keer boos worden als je verliest, maar op een gegeven moment wil niemand meer met je spelen.’
En inderdaad: in de klas van Jeroen hoor ik geen stemverheffing of gehuil. De kinderen zijn vooral intensief bezig om samen de puzzels van het spel op te lossen. En of je nu wint of verliest, lijkt helemaal niet belangrijk.
Ook voor kinderen die moeite hebben met contact leggen, is het spellenuur goed. ‘De spellen dwingen ze tot contact, alleen voelt het niet zo’. Het spel geeft kinderen de geborgenheid én de vrijheid om te doen wat veilig voelt. Wil je bijvoorbeeld even niet zoveel van je laten horen? Dan speel je gewoon je kaarten en zeg je niet zoveel. Wil je wel meer van je laten horen? Dan kan je de ander complimenten geven, vragen stellen of om hulp vragen.
En klikt het even niet zo in je groep? Na 10 minuten wissel je weer van tafel en kan je het opnieuw proberen.
Dat kinderen door de spellen sociale vaardigheden oefenen, werpt volgens Yoeri zijn vruchten af bij de gymles. Gym is bij uitstek de plek waar competitie is. In het begin van het jaar is er ook altijd veel ruzie en ongenoegen. Maar inmiddels gaat groep 7 tijdens de gymles al lang niet meer uit hun dak. Ze hebben inmiddels geleerd hoe je met elkaar een spel speelt.
5 tips om spellen te introduceren in je lesprogramma
Ik ben benieuwd welke tips Yoeri en Jeroen hebben voor andere scholen die hun lessen willen verrijken met spellen. Uit ons gesprek haalde ik de volgende tips:
- Even 5 minuten een spelletje doen, zet geen zoden aan de dijk. Zet elke week een speluur vast in je lesprogramma, zodat er 40 x per jaar een spelmoment is.
- Omdat kinderen ook moeten leren spellen te spelen, is het handig om te beginnen met kortere spellen. Daarna introduceer je langzaam langere spellen. In groep 6 laat Jeroen de kinderen 10 minuten aan een spel en dan rouleert de hele klas weer. In groep 7 zitten de kinderen bij Yoeri een halfuur aan hetzelfde spel: ‘Als ze eerder klaar zijn, dan mogen ze het nog een keer doen om hun score te verbeteren’. Bij het rouleren heeft Jeroen de regel dat kinderen steeds een nieuw spel kiezen. Alleen in de laatste ronde mag je een spel kiezen dat je al eerder hebt gedaan.
- Nieuwe spellen kan je op verschillende manieren introduceren. Je kan 1 nieuw spel neerzetten en dat steeds aan een groepje uitleggen. Je kan ook vier leerlingen kiezen om het aan uit te leggen. Vervolgens leggen zij het weer aan andere groepjes uit. Die het vervolgens ook weer doorgeven.
- Bouw langzaam je spellenkast uit. Yoeri kiest bewust voor abstracte spellen. Jeroen stelt dat je voor de zwakkere leerlingen ook wat ‘makkelijkere’ spellen in kunt zetten. Deze leerlingen kunnen het abstractieniveau niet altijd aan en daardoor het plezier in het spel verliezen.
- Yoeri en Jeroen vinden allebei dat je als leerkracht een spel eerst zelf moet kennen, voordat je het de leerlingen uitlegt. Op Yoeri’s vorige school (waar ook veel met spellen werd gedaan) kregen de leerkrachten regelmatig een spel mee naar huis. Thuis konden ze het uitproberen en vervolgens mochten ze het aan hun collega’s uitleggen.
Doordat kinderen inzicht en sociale vaardigheden ontwikkelen en oefenen in het spellenuur, heeft Yoeri eigenlijk altijd tijd genoeg. Hij hoeft er geen vakken doorheen te jagen, eindeloos te herhalen of te corrigeren.
Daarom kan hij de tijd nemen voor andere, leuke activiteiten, zoals bijvoorbeeld figuurzagen. Want dat deed zijn groep op die donderdagmiddag in september. Toch kon zijn groep het niet laten om mij na de les nog even een nieuw spel te laten zien. Heerlijk, zulke spellenfanaten!
Benieuwd hoe andere scholen spellen hebben opgenomen in hun lesprogramma? Kijk dan eens bij het Schoolvoorbeeld van basisschool Gummarus of de Plusklas van basisschool Helder Camara.
* In deze blog vind je affiliate-links naar spellen. Koop je een spel via een van de links, dan krijgt Pen & Pion er een percentage van.